‘Laat ik het maar ronduit zeggen: (…) Ik vind de aanpak van Van den Brink, hoe goed bedoeld ook, desastreus. Ik durf zelfs de stelling aan dat zijn aanpak, ook al wil hij dat absoluut niet, altijd eindigt in de vrijzinnigheid.’ De boodschap die Willem Ouweneel vandaag in een column op CIP.nl plaatst is zo helder als glas: hij is het niet eens met prof. Gijsbert van den Brink, die onlangs het boek En de aarde bracht voort uitbracht, en wel met prof. Mart-Jan Paul, de auteur van Oorspronkelijk.1
Willem Ouweneel is meervoudig gepromoveerd in de biologie, filosofie en theologie, een bekend publicist en spreker onder het evangelische/orthodox-protestantse deel van Nederland en heeft meer dan 130 populair-wetenschappelijke boeken op zijn naam staan. Door tegen het boek van Van den Brink in te gaan en zich te scharen achter Pauls recent uitgebrachte boek, geeft hij richting. Dat moet ook wel, vindt hij, want ‘hier is de kern van het christendom in het geding. Zonder de eerste Adam blijft er – ondanks Van den Brinks uitgebreide redeneringen – ook van de laatste Adam niet veel over. Dat wil Van den Brink niet, maar hij bevindt zich volgens mij wel op het hellende vlak (Hosea 8:7a).’
Ouweneel schrijft dat hij alle antwoorden weet die Van den Brink op zijn commentaar zal hebben, ‘want die staan in principe al in zijn boek. Daarom is een column als deze hoogst onvoldoende. Op verzoek van een buitenlandse uitgever ben ik dan ook druk bezig met een omvangrijk Engelstalig werk waarin ik Van den Brink, alsmede zijn Engelstalige geestgenoten (van BioLogos en soortgelijke organisaties), grondig hoop te weerleggen.’
Dit artikel is met toestemming overgenomen van de website van Weet Magazine. Het originele artikel is hier te vinden.