Inhoudsopgave
In een vorig artikel werd onderzocht wat de creationistische consensus is rondom de Homo erectus.1 Hoewel dat artikel nog niet afgerond is, kwamen we tot de (voorzichtige) conclusie dat er een consensus is rond de claim dat Homo erectus een mens was. Dit literatuuronderzoek werd gedaan vanwege een claim van een scepticus dat creationisten er niet uit zijn of H. erectus nu een mens of een aap was. Deze claim werd verdedigd met behulp van verouderde literatuur. Daarnaast werd dit overzicht gemaakt omdat de auteur bezig is met een museumgids waar ook de creationistische visie op de Homo erectus een plaats krijgt en er plannen zijn om een populairwetenschappelijk artikel te schrijven rond de creationistische visie op H. erectus. Direct na het verschijnen van het artikel, terwijl deze nog niet af was, reageerde de scepticus nogmaals. In dit artikel een reactie daarop.
Stroman
Volgens de scepticus2 zou de auteur van het artikel een stroman aanvallen:
“Ik heb nergens beweerd dat “*huidige* creationisten het niet eens zijn over de classificatie van Homo erectus” (mijn nadruk), slechts dat er creationisten zijn die H. erectus (of bepaalde fossielen van die soort) als aap zien/zagen, en dat erken je zelf ook.”
Er wordt geen stroman aangevallen op dit punt. De scepticus heeft meerdere malen aangegeven dat er geen consensus is onder creationisten als het gaat om de Homo erectus. In zijn reactie in februari, heeft hij slechts de Homo erectus-claim gemaakt en deze kracht bijgezet door te verwijzen naar Gish. Dat hij daar aan quote-mining deed is al aangetoond in het vorige artikel. De scepticus geeft aan dat creationisten het niet eens zijn en verwijst naar TalkOrigins. Of er in het verleden onder creationisten een consensus was of niet en hoe die verhoudingen lagen, dat hebben we niet uitgezocht. We leven echter in het heden en een argument uit het verleden en onenigheid daarover zegt niets over het heden en kan al zeker niet als argument tegen hedendaagse visies op de Homo erectus ingebracht worden (wat gedaan werd in februari). Het zou de scepticus sieren toe te geven dat er in het heden een consensus ligt rondom Homo erectus in plaats van, zoals uit het vervolg van de reactie blijkt, de doelpalen te verschuiven.
Fossielen eenduidig in te delen?
De scepticus gaat verder:
“Dat dit wat oudere bronnen zijn, maakt niet uit voor mijn punt. Dat punt was namelijk dat als de grenzen tussen de basistypen volgens creationisten duidelijk zouden moeten zijn, elk fossiel eenvoudig in te delen zou moeten zijn. Dat was 20 jaar geleden niet anders. Dat creationisten daar onderling niet uitkomen, bewijst dus het tegendeel.”
Een fossiel moet eerst uitgebreid bestudeerd worden. Van een soort moeten eerst meerdere individuen gevonden worden en deze moeten getoetst worden, wil men stellige uitspraken doen over de classificatie. De scepticus kan niet verwachten dat er met één vingerknip een antwoord komt. Creationisten zouden extra voorzichtig met data moeten zijn omdat (1) ons kenvermogen beperkt is (stellige wetenschappelijke claims passen daar niet bij), (2) de puzzelstukjes beperkt zijn (we hebben niet alle fossielen), (3) creationisten vaak geen toegang hebben tot de bestaande puzzelstukjes (vaak moeten ze het met replica’s doen of materiaal achter het glas bestuderen in musea) en (4) doordat ze er vaak geen directe toegang tot hebben moeten ze het doen met naturalistische literatuur waar uiteraard vanuit een naturalistisch (zelfs evolutionair) perspectief naar de data is gekeken. Dit zorgt onderling voor discussie. De discussie rond de Homo erectus bewijst juist dat creationisten voorzichtig (moeten) zijn met snelle conclusies. Het bewijst niet dat creationisten daar onderling niet uitkomen, integendeel. Het laat zelfs zien dat creationisten daar wel vroeg of laat uitkomen en dat op basis van een methode én nauwkeurige bestudering van de vondsten. Wij zijn blij dat er discussie is, ijzer scherpt ijzer en zorgt voor nauwkeurigere bestudering en betere argumentatie. God heeft in Zijn schepping scheiding gemaakt tussen mensen en dieren (een geloofsuitspraak op basis van een nauwkeurige bestudering van o.a. de tekst in Genesis). Dat wil niet zeggen dat wij mensen die scheiding heel eenvoudig kunnen waarnemen en dat we maar tot vluchtige antwoorden moeten komen. Uiteindelijk na een zorgvuldige bestudering zal dat het geval zijn, maar dat zal niet direct kunnen (vanwege de hierboven genoemde redenen). We roepen creationisten ertoe op om niet tot snelle antwoorden te komen, maar om kritische en zorgvuldige studie te doen naar de data. Gelukkig gebeurde dit in het verleden en gebeurt dit in het heden. Dat sommige zaken later anders blijken te liggen hoeft ons niet te verbazen.
Discussie over andere fossielen
“Zelfs als we de H. erectus buiten beschouwing laten…”
In de claim van de scepticus kon dat helemaal niet, want deze ging, in ieder geval in februari slechts om de Homo erectus. Daarna werd deze met dezelfde stelligheid herhaald in mei als reactie op een artikel van Nathan van Ree.3
‘…geldt mijn punt nog steeds voor een aantal andere soorten/fossielen, zoals Nathan zelf ook toegeeft.”
Het is verheugend om te zien dat creationisten niet al te snel naar een consensus streven, maar de fossielen eerst zelf uitgebreid bestuderen en bediscussiëren. De Homo erectus laat zien dat zij daar vroeg of laat wel uitkomen. Bestudering van de Australopithecus afarensis zal het zelfde beeld geven, namelijk dat dit een (uitgestorven) mensapensoort is. We volgen de discussie rond bijvoorbeeld Homo naledi of Australopithecus sediba met belangstelling, maar we laten ons niet door de scepticus met de rug tegen de muur duwen om nu al te stellen tot welk baramin deze wezens zouden behoren. We kunnen leren van Todd C. Wood en Joseph W. Francis. Zij schrijven in What happened in the garden het volgende4:
We affirm that the category of humanity – defined as the natural descendants of Adam and Eve – is broader than modern Homo sapiens. Minimally, Neanderthals and Homo erectus are also human. It is possible that other species, such as early Homo or Australopithecus sediba, should also be counted as human, but since creationists disagree on these species, we will not be dogmatic on that point.
De scepticus verzet met zijn boven en – onderstaande reactie echter wel de doelpalen als het gaat om de claim rond de Homo erectus.
Is er geen methode?
De auteur van het H. erectus-stuk zou, volgens de scepticus, net als Nathan van Ree (een andere auteur), ‘voorbij’ gaan ‘aan een cruciale vraag: op grond waarvan kunnen creationisten bepalen of een fossiel van een aap of een mens is?’. Hij voegt daar nog aan toe: ‘Zonder zo’n methode zegt een consensus niets’.
Het is bijzonder dat de scepticus een stuk van Nathan van Ree aanhaalt en dan aangeeft dat er geen methode is. Heeft de scepticus het stuk van deze auteur dan wel goed gelezen? Dat lijkt er niet op. In het stuk van Nathan van Ree wordt namelijk verwezen naar methoden om grenzen tussen baramins te ‘bepalen’.5 Als het gaat om de Homo erectus is deze consensus niet zomaar, op goed geluk, tot stand gekomen, maar door gedegen onderzoek. Verschillende lijnen van evidentie zijn bij elkaar gekomen. Allereerst heeft de methode van Wood c.s. laten zien dat Homo erectus tot het mensenbaramin behoort. Dit is eerder nog bediscussieerd door O’Micks, maar ook hij heeft uiteindelijk laten zien dat deze conclusie met behulp van de methoden van Wood c.s. gerechtvaardigd is voor de Homo erectus.6 Ten tweede is Marvin Lubenow met behulp van vergelijkende anatomie tot dezelfde conclusie gekomen.7 Dan heb je, ten derde, nog de studie naar de culturele uitingen van de Homo erectus waarbij creationisten ingezien hebben dat dit (voor een groot deel) dezelfde cultuuruitingen zijn als de vroege Homo sapiens.8 Ten vierde zijn er taalkundige studies gedaan waar voorzichtig uit geconcludeerd wordt dat de Homo erectus kon spreken.9 Taal is een menselijke eigenschap en taal zorgt voor een cognitieve kloof tussen de mensen en de mensapen. Ten vijfde is er goede hoop op, dat als er genetische data beschikbaar komt, dat deze data laten zien dat er vermenging heeft plaatsgevonden met de (vroege) Homo sapiens of andere mensachtigen zoals de H. denisova en de H. neanderthalensis. De vijfde reden laat het voorspellende vermogen zien van deze creationistische consensus rond de Homo erectus. We wachten in spanning af wat nieuwe data ons laten zien rond deze Homo erectus, maar voor de meeste creationisten is het duidelijk: de Homo erectus behoorde tot het mensenbaramin. We verwachten dat nieuwe data deze conclusie alleen maar zullen versterken.
Conclusie
Op basis van methode én nauwkeurige bestudering van de fossielen is er rond de Homo erectus een creationistische consensus ontstaan: ‘H. erectus behoorde tot het mensenbaramin’. De scepticus heeft dat niet aangevochten. Ondertussen hopen we dat de scepticus ervan geleerd heeft en dat hij voortaan eerst naar de nieuwste bronnen kijkt voordat hij een claim doet over de Homo erectus. De creationistische interpretatie van de werkelijkheid is niet in het beton gegoten, maar kan veranderen als er meer gegevens beschikbaar komen. Alles is altijd ingewikkelder. Daarnaast volgen we ‘discussiesoorten’ met belangstelling en hopen dat daar in de toekomst ook, op grond van de data, een consensus bereikt kan worden. Laten we voor het overige, de discussie tussen Nathan van Ree en de sceptici afwachten. In het artikel over de Homo erectus zijn we slechts voorbij dit punt gegaan omdat we ons wilde focussen op de februariclaim van de scepticus, namelijk dat creationisten het onderling niet eens zijn over de classificatie van de Homo erectus. Deze stelling is evident onjuist.
Literatuur
- Brandt, M., 2015, Wie alt ist die Menschheit? Demographie und Steinwerkzeuge mit überraschenden Befunden (Holzgerlingen: SCM Hänssler).
- Brandt, M., 2017, Frühe Homininen. Eine Bestandsaufnahme anhand fossiler und archäologischer Zeugnisse (Holzgerlingen: SCM Hänssler).
- Lubenow, M., 2007, Bones of Contention. A Creationist Assessment of Human Fossils. Revised and Updated (Grand Rapids: Baker Books).
- O’Micks, J., 2017, Likely Discontinuity Between Humans and Non-Human Hominins Based on Endocranial Volume and Body Mass with a Special Focus on Homo naledi—A Short Analysis, Answers Research Journal 10: 241–243.
- Roos, K., 2015, Babbelende oermens. Kon Homo erectus spreken?, Weet 31: 36-39.
- Rupe, C., Sanford, J., 2017, Contested Bones (FMS Foundation).
- Wood, T.C., 2010, Baraminological Analysis Places Homo habilis, Homo rudolfensis, and Australopithecus sediba in the Human Holobaramin, Answers Research Journal 3: 71-90.
- Wood, T.C., Francis, J.W., 2016, Adam and the Animals, in: Chou, A. (Ed.), What happened in the garden. The Reality and Ramifications of the Creation and Fall of Man (Grand Rapids: Kregel Publications).
De scepticus heeft op d.d. 18-8-2020 nog een keer gereageerd, draait nu weer een andere kant op en gebruikt nog steeds verouderde literatuur om een creationistisch punt te bestrijden. Om niet bezig te blijven laat de auteur het onderwerp voorlopig rusten, maar hoopt voor het einde van het jaar nog een keer te reageren.
Voetnoten
- https://logos.nl/geen-creationistische-consensus-rond-homo-erectus-hoe-een-scepticus-door-het-gebruik-van-verouderde-bronnen-de-plank-misslaat/.
- Een andere scepticus vraagt zich af waarom we de naam van de scepticus niet openbaar maken, hier hebben we al een paar keer richting de scepticus over aangegeven dat we social media beschouwen als besloten en we liever té voorzichtig zijn. Het is jammer dat deze scepticus in herhaling blijft vallen. Wanneer een scepticus een openbaar artikel schrijft (bijvoorbeeld op een website of een blog) dan wordt zijn of haar naam wel genoemd.
- Het artikel van Nathan van Ree is hier te lezen: https://logos.nl/als-de-grenzen-tussen-basistypen-zo-duidelijk-zijn-waarom-kunnen-creationisten-het-onderling-niet-eens-worden-of-een-fossiel-bijvoorbeeld-van-een-aap-of-een-mens-is/.
- Wood & Francis 2016.
- Zie: https://logos.nl/hoe-kunnen-we-de-grenzen-tussen-verschillende-basistypen-baramins-creationistische-soorten-weten-en-wetenschappelijk-bepalen-ook-bij-fossielen/.
- Zie daarvoor O’Micks 2017.
- Zie Lubenov 2007.
- Zie bijvoorbeeld Brandt 2015 en Rupe & Sanford 2017.
- Zie Brandt 2017 en Roos 2015.