Abraham kocht het graf van Sara voor 400 sikkels zilver (Genesis 23: 16). Jacob kocht voor 100 stukken geld een stuk land in Sichem (Jozua 24: 32). De dagloners uit een bekende gelijkenis kregen een “schelling” per dag (Mattheüs 20: 2). In de eindtijd zal een maat tarwe een schelling kosten (Openbaring 6 : 6). Wat was de waarde van dit geld in euro’s uitgedrukt? Dat is de vraag die vaak gesteld wordt op bijbelstudies en op school. Het loont de moeite een antwoord op die vraag te zoeken en ons ook verder wat bezig te houden met munten uit de Oudheid. De wetenschap die munten en het gebruik ervan bestudeert, heet numismatiek. De munten uit de Oudheid stellen ons voor zoveel vragen, dat de numismatiek van de Oudheid een nogal moeilijk specialisme is gaan vormen. Munten worden gevonden, gezuiverd, verzameld en gepubliceerd. Er bestaan hele reeksen boeken met afbeeldingen, beschrijvingen en studies over munten uit de Oudheid.
Dit artikel is verder te lezen in de onderstaande pdf: