

Afbeelding 1. Een recent artikel in New Scientist schreef over een Archaeopteryx fossiel: “Het kan geen toeval zijn dat zoveel dode dieren er zo uitzien.”1
- Ze nam waar dat pas gestorven vogels in doodsverstijving gaan en er daarna weer uit gaan, maar “niet één maal” bewogen ze.
- Ze poogde kadavers uit te drogen om te zien of de uitdrogende spieren, pezen en gewrichtsbanden de ledematen zouden verdraaien. De kadavers droogden uit—maar ze nam niet de minste beweging waar.
- Na een experiment waarbij snel uitgedroogde ligamenten helemaal niet samentrokken, beweerde Marshall Faux dat als een uitdrogende pees zelfs nog geen spijker uit piepschuim kon trekken, het moeilijk is om voor te stellen dat dit de kop van een dinosauriër zou verplaatsen!
- Om de theorie van de “dehydratatie door zout water” te testen plaatste Marshall Faux kwartel kadavers in kuipen met zout water. De dode kwartels “weigerden pertinent om te zinken”3 en ze vertoonden nog steeds geen verandering in hun houding toen de kuipen overwoekerden met “overvloedige bacteriëngroei” en ze weggegooid moesten worden.

Afbeelding 2. Deze Struthiomimus dinosaurus is gestorven in de klassieke ‘dode dinosauriërhouding’—kop naar achter, staart gestrekt en de achterpoten gebogen.