Bewegingswetenschapper en atheïst drs. Bart Klink heeft als reactie op de rubriek Antwoorden voor sceptici, critici en waarheidszoekers samen met vier anderen een lijst met meer dan vijftig vragen aan creationisten samengesteld, waar hij en zijn medestanders graag een antwoord op willen zien.1 Deze lijst is te vinden op zijn website www.deatheist.nl. Volgens Klink gaat het om “veel belangrijkere vragen die over veel centralere kwesties in hun gedachtegoed gaan”. Voordat wij overgaan tot eventuele beantwoording van de gestelde vragen, volgt hier een korte inleiding waarin we reageren op het artikel als geheel.
Op het moment van schrijven worden er op de pagina van Bart Klink maar liefst zesenvijftig vragen gesteld (en de lijst wordt in de toekomst kennelijk nog langer), verdeeld over de categorieën ‘Algemeen’, ‘Genetica’, ‘Paleontologie, geologie en zondvloed’, ‘Embryologie en rudimentaire organen’, ‘Fysica en astronomie’ en ‘Bijbel’. Volgens Klink zou hij “veel van deze vragen (…) al vaak gesteld [hebben] aan creationisten”. Hij schrijft verder: “Maar ik wacht nog steeds op de antwoorden”. Dit is niet correct. Er zijn in discussies via fora, de Logos-facebookpagina en in de wandelgangen herhaaldelijk antwoorden gegeven, maar die bevielen Bart Klink vaak niet en dit leidde over het algemeen tot oeverloze discussies. Stellen dat er nog steeds op een antwoord wordt gewacht is misleidend en doet geen recht aan de werkelijkheid. Overigens geldt dit niet voor alle vragen. Toen wij de vragenlijst doornamen, viel ons een aantal dingen op.
Veel vragen in de lijst zijn suggestief2: het zijn sturende vragen of vragen waar het antwoord al in verpakt zit. Waarom een vraag stellen als je het antwoord al meent te weten? Zoals een van de medestanders van Klink aangaf in een reactie op een recent bericht van Logos Instituut: “Questions are not arguments”. De lijst heeft nu wel wat weg van een ‘Klink Gallop’ (een variant op de bekende Gish Gallop3), een debattechniek waarbij de opponent zoveel mogelijk vragen of argumenten voorgeschoteld krijgt, zonder dat daarbij aangegeven wordt waarom deze vragen of argumenten sterk of zelfs relevant zijn.
Volgens Bart Klink zijn de vragen in zijn artikel “veel belangrijkere vragen” dan de vragen die eerder in de rubriek Antwoorden voor sceptici, critici en waarheidszoekers zijn besproken, maar waarom dat zo is wordt niet uitgelegd. Bepaalt een vraagsteller zelf niet of een vraag belangrijk is? Wat voor de één een belangrijke vraag is, kan voor de ander totaal onbelangrijk zijn. Ook wij hebben talloze vragen over het scheppingsparadigma, evenals we die hebben over het evolutieparadigma. Dat er vragen zijn is dus op zichzelf niet zo bijzonder. Mensen die de verschillende vraagstellers gevolgd hebben in diverse discussies kunnen wellicht eruit filteren wie welke vragen gesteld heeft. De vragen van Bart Klink zijn te herkennen en daar zijn op de websites van grote (en kleine(re)) creationistische organisaties vaak wel antwoorden op te vinden. Dat geldt grotendeels ook voor de vragen van natuurkundige dr. Roel Andringa, biologe dr. Gerdien de Jong en astronoom dr. Eelco van Kampen. Tussen de vragen menen wij ook een niveauverschil te zien. Zo steken de vragen van student Willem Jan Blom, die als ex-creationist beter ingewijd is in de creationistische visie op de materie dan de hiervoor genoemde vraagstellers, een spade dieper dan de andere vragen en zijn deze mogelijk nog niet ergens beantwoord. Waarom is door de eerste vier niet de moeite genomen om zelf op zoek naar antwoorden te gaan? Gaat het wel om de antwoorden, of zit er meer achter?
Al met al is er dus nog het nodige af te dingen op het stuk van Bart Klink. De komende tijd zullen wij in een rustig tempo, met anderen, de vragen bespreken. Dit artikel geldt dan ook slechts als inleiding op beantwoording van de in het artikel van Klink gestelde vragen.