EvoKE: Weer een initiatief om de evolutietheorie te promoten; schepping de deur uit?

by | mei 25, 2017 | Biologie, Filosofie, Nieuws, Onderwijs

In 1973 schreef de bekende geneticus en evolutionair bioloog Theodosius Dobzhansky (1900-1975) dat de biologie alleen in het licht van evolutie te begrijpen valt. Onder biologen is dit nog steeds een algemeen geaccepteerde stelling, maar een groot deel van de Europese bevolking omarmt de evolutietheorie niet. De initiatiefnemers van EvoKE (Evolutionary Knowledge for Everyone) vinden dit een probleem en willen de Europese bevolking toerusten. Dat is op zich prima maar met een resolutie van de Raad van Europa in het achterhoofd wordt het zorgwekkend.

Evolutionairy Knowledge for Everyone

In Europa is er dit jaar een nieuw initiatief gestart: EvoKE. De letters staan voor Evolutionary Knowledge for Everyone (Evolutionaire kennis voor iedereen). Het doel van het project is: Europeanen kennis en begrip bij te brengen van de evolutietheorie (in de zin van universele gemeenschappelijke afstamming) en hen te overtuigen van de juistheid ervan. Evolutie is volgens de initiatiefnemers het centrale beginsel binnen de biologie. Toch is niet iedereen in Europa daarvan overtuigd. Terwijl in Frankrijk en Zweden 80% van de bevolking in de juistheid van deze theorie gelooft, ligt dat percentage in Oostenrijk en Griekenland lager, rond de 60%. Hoewel de meerderheid van de Europese bevolking de evolutietheorie lijkt te aanvaarden, is er dus een aanzienlijke minderheid die deze theorie niet omarmt. Dat komt volgens de initiatiefnemers van EvoKE doordat er talloze misvattingen over de theorie zijn en omdat macro-evolutie-in-actie niet valt waar te nemen binnen een mensenleven. Deze misvattingen zouden voor een belangrijk deel veroorzaakt worden door het summiere, of soms zelfs geheel afwezige, onderwijs over de evolutietheorie in het voortgezet onderwijs. Om mensen vertrouwd te maken met de evolutietheorie stelt EvoKE voor om al vanaf de kleuterschool te beginnen met evolutionaire educatie, leerkrachten toe te rusten voor het onderwijzen van de theorie, en kindvriendelijk en eenvoudig materiaal te ontwikkelen voor radio en televisie.

Raad van Europa

Het bovenstaande lijkt redelijk en niet iets om ongerust van te raken. In april verscheen er echter in ‘Nature Ecology & Evolution’ een interview met de initiatiefnemers. Hierin wordt ook gesproken over de Resolutie van de Raad van Europa (2007) aangaande ‘De gevaren van creationisme in het onderwijs’. Volgens de Raad is het scheppingsparadigma niet gebaseerd op feiten en maakt het geen gebruik van de logica en wetenschappelijke methoden. Bovendien wordt het, tot onze verbijstering, door de Raad gepresenteerd als ‘een bedreiging voor de mensenrechten’. Een dergelijk standpunt maakt duidelijk dat het bij de initiatiefnemers van EvoKE niet alleen te doen is om verbetering van het begrip van de evolutietheorie, maar ook om het scheppingsparadigma te bestrijden. De Raad heeft universele gemeenschappelijke afstamming verheven tot dogma en duldt geen twijfel aan de juistheid van de evolutietheorie. Dat de Raad daarmee zelf buiten het terrein van de wetenschap treedt komt kennelijk niet bij hen op.

Ontwerpintuïtie

Het is interessant dat men in de biologie intuïtief spreekt over bouwplannen. Een term die te maken heeft met het maken van plannen en dus verwijst naar ontwerp. Kinderen op de basisschool beroepen zich op bovennatuurlijke ontwerpverklaringen om de complexiteit van de wereld om hen heen uit te leggen. Zelfs kinderen die atheïstisch opgevoed zijn maar ook volwassen academici vinden het lastig om zich van deze intuïtie, dat alles niet zinloos is maar dat er een doel achter de levende wereld ligt, te bevrijden. Vermaarde atheïsten en evolutiebiologen erkennen dat de planten en dieren de schijn van ontwerp met zich meedragen. Zo schrijven de evolutiebioloog Lewontin in 1997 en de filosoof Jerry Fodor met de biofysicus Massimo Piattelli-Palmarini in 2011 dat er een schijn van ontwerp is die te verklaren is door een Intelligent Ontwerper of Schepper achter de levende natuur. Ze accepteren deze verklaring echter niet want ‘we zijn toegewijd aan naturalistische biologie, dus God is out’. Dit is niet echt een neutraal standpunt, want hier wordt openlijk erkend gedreven te worden door een vooroordeel, in dit geval een naturalistisch wereldbeeld. Zou het niet zo kunnen zijn dat de onontkoombare indruk van ontwerp inderdaad het beste te verklaren is door het bestaan van een Ontwerper? De wereld lijkt ontworpen, omdat de wereld ontworpen is!

Geen universele gemeenschappelijke afstamming

De overtuiging dat alle levensvormen afstammen van een gemeenschappelijke voorouder komt dus in belangrijke mate voort uit een naturalistisch wereldbeeld, en uit de bewuste verwerping van de mogelijkheid dat alles zou kunnen zijn ontworpen. Dat de door religieuze (zo zegt de resolutie) overwegingen ingegeven scheppingsgedachten dus ‘een bedreiging voor de mensenrechten’ vormen, is ongerijmd. Net zo goed zou de evolutietheorie, in belangrijke mate voortgekomen uit het naturalistische dogma, een bedreiging voor de mensenrechten genoemd kunnen worden. We willen niet zeggen dat dit het geval is, maar wel dat de insinuatie dat creationisten een bedreiging vormen voor de mensenrechten onacceptabel is en dat dit een schrijnend voorbeeld is van het meten met twee maten! Is de indruk van universele gemeenschappelijke afstamming wel zo sterk? Of passen de waarnemingen beter bij onze intuïtie dat alles ontworpen is?

Hierbij willen we de aandacht vestigen op het plotselinge – zonder aanwijsbare voorouders – verschijnen van hoofdgroepen en bouwplannen in het fossiele archief. Wellicht het meest bekende voorbeeld hiervan is de Cambrische Explosie, maar er zijn veel meer voorbeelden. Een dergelijk plotseling optreden van levensvormen vergt enorme veranderingen in het genetisch materiaal. De vraag is hoe dergelijke veranderingen in geologisch bezien korte perioden tot stand konden komen. Al heb je miljoenen jaren daarvoor beschikbaar, er is simpelweg nog steeds veel te weinig tijd om de complexiteit van het fossiele archief te verklaren middels mutatie en natuurlijke selectie (het zgn. waiting time dilemma). Recombinatie en genoomduplicatie verkleinen dat probleem niet.

Misschien nog interessanter is de vraag hoe die complexe genetische informatie door puur natuurlijke processen tot stand kon komen. We weten allemaal uit de praktijk dat informatie alleen gegenereerd kan worden door een intelligentie. Dit is algemeen aanvaard, ook door evolutionisten als Sagan, die in 1974 gebaseerd op dit principe een bericht (de Arecibo Message) de ruimte in stuurde om daarmee in contact te komen met buitenaardse intelligentie. Waarom wordt dan de enorme hoeveelheid complexe informatie in het genoom, die vele malen die van de meest complexe software overschrijdt, gezien als een product van toeval? Is het eigenlijk niet veel redelijker om hierin een sterke aanwijzing voor een intelligente ontwerper te zien?

Daarnaast zien we de neergaande trends (genetische verarming) bij veel van de huidige soorten. Ook ons eigen genoom is langzaam aan het degenereren, door de ophoping van licht schadelijke mutaties. De verwachting is dat over de komende generaties de ‘mutation load’ nog verder zal toenemen. Van opwaartse evolutie is geen sprake, integendeel. Het is zoals het beklimmen van de Onmogelijke Berg.

Als laatste nog drie punten: (1) het zo genoemde Junk-DNA, vermeend functieloos rommel-DNA dat een aanwijzing voor evolutie werd genoemd, blijkt toch een functie te hebben; (2) de herkomst van zgn. weesgenen (orphan genes), genen en proteïnen die slechts in één groep soorten worden gevonden, is een groot raadsel, (3) de uniciteit van de mens, bijv. zijn moreel gedrag, religieuze gerichtheid en bewustzijn, zijn uiterst moeilijk te verklaren binnen een naturalistisch wereldbeeld. Dit is slechts een greep uit talloze voorbeelden die beter te verklaren zijn vanuit een scheppingsmodel dan vanuit een evolutiemodel.

Slot

Het monddood maken van de mensen achter het scheppingsmodel komt dus niet voort uit een open en onbevangen analyse van de wetenschappelijke gegevens, maar veeleer uit een toewijding aan een naturalistisch wereldbeeld dat reeds bij voorbaat het creatieve werk van een Schepper uitsluit. We stellen niet dat de evolutietheorie niet onderwezen zou mogen worden, maar uiten wel onze zorg dat niet alleen het scheppingsparadigma gecriminaliseerd wordt, maar eveneens dat een monopoliepositie van de evolutietheorie in het onderwijs een eerlijke en kritische evaluatie van de oorsprongsvraag door leerlingen in de weg staat. Jongeren zouden ook bekend gemaakt moeten worden met de naturalistische achtergrond van de evolutietheorie en de talloze problemen binnen die theorie. We hopen dat de projectgroep EvoKE deze aanbeveling overneemt.

Een ingekorte versie van dit artikel verscheen in het Reformatorisch Dagblad. De volledige bronvermelding daarvan luidt: Degens, H., Meerten, J.W. van, 2017, Scheppingsgedachte uit klas bannen zet leerlingen op dwaalspoor, Reformatorisch Dagblad Puntkomma 47 (45): 6-7.