Hoe ik anders over evolutie ben gaan denken

by | aug 1, 2017 | Onderwijs, Recensie

Een persoonlijk getuigenis heeft een unieke overtuigingskracht die veel verder gaat dan de eenvoudige logica en bewijs. Verhalen over een diepe verandering geven een emotionele bevestiging als onzekerheid op de loer ligt. Zulke verhalen bieden ons voorbeelden van mensen die voor moeilijke keuzes hebben gestaan en het kunnen navertellen. Het is dan ook geen verrassing dat het eerste boek van een nieuw samenwerkingsverband tussen Intervarsity Press en de BioLogos Foundation een verzameling getuigenissen is.

Onder redactie van Kathryn Applegate en Jim Stump is How I Changed My Mind about Evolution een verzameling van verhalen van vijfentwintig protestantse gelovigen en hun positieve kijk op evolutie. Er zijn onder andere bijdragen van geleerden als N.T. Wright, Richard Mouw, James K. A. Smith, Oliver Crisp en Tremper Longman III. Tussen de auteurs bevinden zich ook bekende personen die verbonden zijn aan BioLogos, waaronder oprichter Francis Collins, de huidige voorzitter Deb Haarsma en de bioloog Dennis Venema. Het boek bevat niets verrassends of nieuws voor lezers die reeds bekend zijn met BioLogos of met Collins’ boek The Language of God (New York: Simon & Schuster, 2006). De auteurs zijn het er allen over eens dat evolutie geen dodelijke uitdaging vormt voor de christelijke theologie, en sommigen stellen dat evolutie christelijke theologie en beleving verrijkt

How I Changed My Mind about Evolution

Wat kan er, met dit in het achterhoofd, gezegd worden over de boodschap van dit boek dat niet al vele malen eerder is gezegd? Het recenseren van iemands persoonlijke getuigenis komt zelfs wat ongepast over, maar de lezer zal in deze persoonlijke elementen thema’s ontdekken die in veel verhalen terugkomen. Deze thema’s betreffen theologie, intellectuele voldoening en persoonlijke tweestrijd zijn het onderzoeken meer dan waard, ongeacht de eigen positie in het evolutievraagstuk. In alle openheid als jonge aarde creationist ben ik fel gekant tegen de positie van BioLogos en de boodschap die dit boek uitdraagt. Niettemin kunnen we ervan leren door zorgvuldig te luisteren naar de boodschap van deze broeders en zusters in Christus.

Direct vanaf het begin is een van de meest opvallende thema’s de druk die deze auteurs voelen om te moeten kiezen tussen wetenschap en geloof. De lezer komt keer op keer dit contrast tegen, alsof het accepteren van jonge aarde creationisme gelijk is aan het verwerpen van wetenschap als geheel. Anders gezegd, evolutie is wetenschap op dezelfde manier als 2 + 2 is 4. Als wetenschapper en jonge aarde creationist vind ik dit uiteraard een valse tegenstelling en hoogst beledigend. Als ik hun logica volg, moet ik concluderen dat ik wetenschap als geheel heb verworpen en dat ik geen intellectuele integriteit heb omdat ik jonge aarde creationisme accepteer. Ik denk dat de meeste creationisten bij deze aanval zouden afhaken en de leugen in deze boodschap openlijk zouden afkeuren. Echter deze auteurs lijken zo oprecht bewogen door deze tweedeling dat ik me oprecht afvraag waarom ze dit geloven. Waarom denken zij dat jonge aarde creationisme per se verwerping van de wetenschap inhoudt?

In hun verhalen herken ik ten minste drie extra thema’s die deze drang om evolutie te accepteren en jonge aarde creationisme te verwerpen duidelijk maken. Om te beginnen is het jonge aarde creationisme dat wordt aangehaald vaak het slechtste van alle creationistische ideeën en al het creationistisch onderzoek. Sommige auteurs noemen de canopytheorie, waar het grootste deel van de jonge aarde creationisten afscheid van heeft genomen. Andere auteurs menen dat soortvorming tegenstrijdig is met jonge aarde creationisme, ondanks het feit dat soortvorming al meer dan zeventig jaar eigenlijk geen punt van discussie binnen het creationisme is. Voor alle duidelijkheid, ik heb deze slechte ideeën recentelijk nog door enkele creationisten horen uitdragen, maar de meeste goed geïnformeerde creationisten die ik ken hechten geen waarde aan de canopytheorie of onveranderlijke soorten.

Een ander gedateerd idee dat met creationisme wordt verbonden, is de steeds terugkomende bewering dat jonge aarde creationisme ofwel een theologische noviteit ofwel “slechte theologie” is. Dit is misschien wel de meest verbijsterende bewering van het hele boek, aangezien de ideeën van het jonge aarde creationisme tijdens de gehele kerkgeschiedenis en zelfs daarvoor kunnen worden gevonden. Het geloof in Adam en Eva als historische voorouders van de mensheid dateert al tenminste van de tijd dat de apocriefe boeken werden geschreven (bijvoorbeeld Tobit 8:6; Boek der Wijsheid 2:23–24; Jezus Sirach 49:16) en van de tijd van de boeken van het Nieuwe Testament. De eerste kerkvaders telden al de leeftijden van de patriarchen uit Genesis op om de datum van de schepping te berekenen. Origenes verdedigde de historiciteit van de ark van Noach en Augustinus beweerde dat Kaïn zijn zuster trouwde. De herhaalde stelling dat jonge aarde creationisme slechte theologie is, moet iets anders weergeven dan de algemene creationistische overtuiging, tenzij deze schrijvers echt denken dat de pioniers van het christendom ook slechte theologie bedreven. Wat de auteurs slecht vinden aan de theologie van het jonge aarde creationisme wordt in deze verhalen niet altijd duidelijk, maar de lezer kan in elk geval één ding vermoeden dat deze auteurs dwarszit: het gebruik van jonge aarde creationisme als een teken van orthodoxie. Met andere woorden, veel jonge aarde creationisten geloven dat om een goed christen te zijn, men jonge aarde creationist moet zijn.

Dit idee van creationisme-als-orthodoxie is het tweede grote thema dat de ervaringen van deze auteurs inspireert. Dit boek bevat verscheidene anekdotes hoe men werd veroordeeld als er vraagtekens gezet werden bij creationistische ideeën. Op zijn minst was een aantal van deze auteurs bang of bezorgd over hoe andere christenen zouden reageren op hun twijfels over jonge aarde creationisme. Sterker nog, een belangrijk onderdeel van het boek is het te boven komen van dit stigma en trauma een protestantse gelovige te zijn die vraagtekens zet bij creationisme en evolutie accepteert. Het evangelie zoals opgeschreven in het Nieuwe Testament zegt immers niets over het accepteren van een bepaalde datum van de schepping of zelfs van de historiciteit van Adam en Eva. Binnen Protestantse kringen moet er toch een betere manier zijn om over onderwerpen te spreken, die niet het behoud betreffen, dan met de botte bijl van veroordeling.

Het laatste grote thema van het boek is de onderbouwing van evolutie. Hierover zijn de auteurs en ik het grotendeels eens. Ondanks wat veel creationisten denken, is er een degelijke zaak te maken voor evolutie gebaseerd op een redelijke interpretatie van de wetenschappelijke gegevens. De frequent herhaalde bewering dat “er geen bewijs voor evolutie is; dat alle gegevens pleiten voor schepping” klopt totaal niet, ondanks de populariteit daarvan. Gegeven de overtuigende zaak voor evolutie en de vijandigheid jegens vraagtekens over creationisme, moet het de lezer niet verbazen dat deze auteurs bereid zijn het “feit” van evolutie te accepteren, ondanks de enkele theologische onzekerheid.

Het is van belang dat dit korte overzicht niet op elk essay in deze collectie van toepassing is en enkele auteurs zouden zelfs kunnen protesteren tegen bepaalde thema’s die in hun verhaal worden herkend. Niettemin komen deze thema’s veelvuldig terug in het creatie/evolutiedebat. Wat kunnen we ervan leren? Om te beginnen blijken jonge aarde creationisten onze positie niet goed uit te dragen. Te veel van deze auteurs hebben een oprecht verkeerde indruk van wat het jonge aarde creationisme inhoudt. Ten tweede moeten veel jonge aarde creationisten iets doen aan hun retoriek. Kleinering van evolutie en vijandigheid richting degenen met wie we het oneens zijn, zouden geen deel moeten uitmaken van deze discussie.

Maar ten laatste ben ik bang dat veel van wat in dit boek wordt gepresenteerd als jonge aarde creationisme niet meer is dan een slecht geïnformeerde stroman. Het jonge aarde creationisme is geen eenvormig standpunt; er is veel onenigheid en nuance onder creationisten. Dat komt in dit boek niet aan bod. De oplettende lezer zou zelfs verbaasd kunnen zijn hoezeer dit boek overeenkomst vertoont met elk willekeurig boek dat pleit voor jonge aarde creationisme. Net zoals enthousiaste jonge aarde creationisten hun zienswijze presenteren als de enige manier om een goed christen te zijn, zo presenteren deze auteurs evolutie als de enige manier om een goed geleerde en een rationeel persoon te zijn. Terwijl de jonge aarde creationist evolutie wellicht niet goed begrijpt en verkeerd weergeeft, misverstaan deze auteurs ook het jonge aarde creationisme en geven ze hier een verkeerd beeld van. Misschien is de belangrijkste les die hieruit te leren valt dat we beter naar elkaar moeten luisteren, niet slechts om munitie te verzamelen voor de cultuuroorlog, maar om elkaar beter te begrijpen. Als we dat doen, zouden we kunnen ontdekken dat mensen aan beide kanten van dit debat redenen hebben voor hun positie, en ontdekken we misschien zelfs gemeenschappelijke waarden die ons over de huidige impasse heen zouden kunnen helpen.

Abonneer je op onze maandelijkse nieuwsbrief!