Kan God ook via theïstische evolutie alles geschapen hebben? Enkele argumenten die onlangs in een persoonlijk onderhoud ter ondersteuning van deze visie aangevoerd werden, zijn deze:
(1) Dat God alle informatie er vanaf het begin in gelegd zou hebben en alles zich vandaaruit geleidelijk aan ‘ontvouwde’.
(2) Dat in Genesis God wel zegt dat, maar niet hoe Hij geschapen heeft.
(3) Dat Romeinen 8 een model voor evolutie zou bevatten.
Een reactie op deze punten
(1) Dat God een universum geschapen zou hebben met een ingebouwd potentieel dat zich zou ontwikkelen of ontvouwen door een naturalistisch proces – hoewel populair onder filosofen – is een deïstische visie op de schepping, geen theïstische of bijbelse visie. De bijbelse visie wordt weergegeven in Handelingen 17, waar Paulus zegt dat God zelf ‘aan allen leven en adem en alles geeft’ (v. 25), en dat wij ‘in Hem leven, bewegen en zijn’ (v. 28). Dit leert ons dat God immanent is (een technisch woord dat betekent dat God alles doordringt) en dat Hij continue werkzaam is in de geschapen orde. Dit komt overeen met Genesis 1:2, ‘en de Geest Gods zweefde over de wateren’, hetgeen plaatsvond vóór de verschillende scheppingsdaden. En het komt ook overeen met het statement dat alle dingen hun bestaan in Hem (Christus) hebben (Kol. 1:17). Deze bijbelse visie op de schepping en de voorzienigheid legitimeert ook de bijbelse wonderen, die anders slechts een arbitraire inmenging zijn in de geschapen orde.
(2) God zegt wel degelijk hoe Hij schiep. De steeds herhaalde woorden ‘En God zei, er zij …’, geven aan dat Hij schiep bij fiat (op bevel). Dit komt overeen met Hebreeën 1:1-3 waar staat dat Christus alle dingen draagt door het Woord van Zijn kracht. Als je als theïstisch evolutionist zoekt naar een ‘fysiek’ of ‘materialistisch’ hoe, dan zul je teleurgesteld worden. Het hele idee van ‘schepping’ is dat God materiële dingen in het aanzijn bracht ‘ex nihilo’ (uit het niets) door geestelijke middelen, en niet door materiële middelen.
(3) De claim dat Romeinen 8 als een model voor evolutie kan dienen, is echt uit de lucht gegrepen, want Romeinen 8 moet in harmonie zijn met de teksten die hierboven al genoemd zijn. Het herstel in kwestie heeft geen fysiek mechanisme, maar is het directe gevolg van de wederkomst en persoonlijke activiteit van Degene die de soevereine Heer van hemel en aarde is. Op geen enkele manier kan Romeinen 8 gebruikt worden als een model van een ‘ingebouwd-potentieel-ontvouwende’ visie op de schepping.