Peter Vajda is een wetenschapper bij de Afdeling Geofysica van het Instituut voor Aardwetenschappen van de Slowaakse Academie van Wetenschappen in Bratislava, Slowakije. Hij studeerde geofysica aan de Comenius Universiteit, Bratislava, specialiseerde zich in paleomagnetisme en behaalde zijn doctoraat aan de Universiteit van New Brunswick, Fredericton, Canada, met een onderzoek naar de zwaartekracht op aarde.
Tegenwoordig denken mensen dat wetenschappers niet geloven in God of de Bijbel, maar Peter is een van de vele onderzoekers die korte metten maken met dat soort ideeën. Hij is een succesvolle wetenschapper die de Bijbel in zijn geheel gelooft.

Dr. Peter Vajda
Dr. Vajda (een Hongaarse naam) is het internationaal erkende hoofd van de afdeling Gravimetrie en Geodynamica van het Instituut voor Aardwetenschappen. Met meer dan 60 publicaties op zijn naam heeft hij op conferenties over de hele wereld presentaties gehouden, waaronder in Zuid-Afrika, Canada, Fiji, de VS (inclusief Hawaii) en in diverse Europese landen.
Zijn specialisatie is voornamelijk geofysica, met een focus op het zwaartekrachtveld van de aarde, zowel qua bepaling als interpretatie. Een belangrijke toepassing van zijn onderzoek is het bestuderen van magma diep in vulkanen middels het nauwkeurig meten van de zwaartekracht in de omgeving. Het helpt wetenschappers te begrijpen hoe slapende vulkanen ontwaken en geeft aanwijzingen voor mogelijke uitbarstingen. Dit helpt mensen te beschermen tegen vulkanische erupties.
Peter gegroeide op in Slowakije in een ordelijk, gelukkig gezin. Zijn vader doceerde natuurkunde aan de universiteit, en zijn moeder was docente op een middelbare school. Peter herinnert zich hoe zijn ouders liefdevol voor het gezin zorgden en hoe ze genoten van gezamenlijke buitenactiviteiten, waaronder trektochten maken, zwemmen, skiën, snowboarden en bergbeklimmen.
Zijn passie voor het buitenleven en de schoonheid van de natuur, leidde ertoe dat Peter wiskunde en natuurkunde ging studeren. “Mijn idee was dat ik veel veldwerk zou doen en expedities zou ondernemen.”
Ontdekking dat er iets mis was
Peter herinnert zich: “Ik was een tevreden atheïst. Ik was ervan overtuigd dat de wereld en het leven door evolutie tot stand zijn gekomen, hoewel ik daar niets over wist. En ik zag mezelf als een goed mens die niemand kwaad doet.” Dat veranderde tijdens zijn verblijf in Canada. Een vriend gaf hem een Bijbel, die hij in de avonden begon te lezen. Binnen enkele dagen liet het hem niet meer los. Tijdens het lezen herkende hij dat hij egoïstisch was, mensen gebruikte en ze pijn deed. Dat maakte dat hij ging begrijpen dat er iets fout was met zijn hart, wat maakte dat hij over zijn leven ging nadenken. “Ik begon de Bijbel vanaf Genesis te lezen,” vertelt Peter, “en het verbazingwekkende is dat ik het niet gelijk afwees, hoewel ik een atheïst en evolutionist was. Toen ik het las, drong de waarheid tot me door dat het hart van de mens slecht is. Dit kwam overeen met mijn eigen ervaring. ‘Waarom hebben mijn ouders me dit niet verteld? Waarom hebben ze hier op school niets over uitgelegd?’ Zo vroeg ik me af.” Toen hij in het Oude Testament over dierenoffers las, begreep hij dat een volmaakt lam geofferd zou moeten worden om hem rein te maken. “Na een tijdje kwam ik bij het Nieuwe Testament en ik ontdekte de oplossing. Jezus Christus stierf 2000 jaar geleden aan het kruis als mijn offer.” Peter: “Ik wist dat de Bijbel klopte, wat betreft de slechtheid van het hart van de mens, dus zou de oplossing ook de juiste moeten zijn.” Uiteindelijk ging hij op de knieën en vroeg God om hem te redden. Peter herinnert zich: “En dat deed God. Met verloop van tijd realiseerde ik me dat er dingen in mij veranderden. Ik kreeg andere waarden in het leven. Ik had andere wensen. Ik ontdekte dat God levend en persoonlijk is.”

Dr. Vajda aan het werk in de Hoge Tatra (Slowakije)
De evolutiekwestie
Verrassend genoeg was Peter’s evolutie-overtuiging geen belemmering voor hem bij het lezen van de Bijbel. Op dat moment waren de oorsprong en de geschiedenis van het universum geen prioriteit in zijn denken. Hij werd meer in beslag genomen door de kwestie van gerechtigheid en rechtvaardiging. De kwestie ‘evolutie’ dook ongeveer twee jaar later op. Nadenken over de oorsprong van de dood was daarvoor de aanleiding. Volgens de evolutietheorie is de dood al gedurende honderden miljoenen jaren een natuurlijk onderdeel van het leven op aarde. Maar volgens de Bijbel was er oorspronkelijk geen dood. Die kwam in de wereld door de ongehoorzaamheid van de eerste twee mensen, Adam en Eva. Peter legt uit: “Op verschillende manieren raakte het me. Ik realiseerde me dat het óf het een óf het ander was. Ik aanvaarde onmiddellijk het Bijbelse getuigenis over de oorsprong van de dood, uitsluitend op het gezag van het Woord van God. Voor mij staat de Bijbel op een oneindig hoger niveau dan elke menselijke speculatie. Mijn uitgangspunt was dat de ultieme waarheid het Woord van God is. Hij heeft alle wijsheid; Hij was de enige ‘ooggetuige’ van de ontstaansgeschiedenis; Hij onthult voor ons de waarheid.” Die beslissing betekende een zoektocht om te begrijpen waar en hoe de evolutionaire uitleg verkeerd was. “Ik was vooral gemotiveerd omdat ik professioneel onderzoek doe op academisch niveau, en de meerderheid van de mensen die ik kende, beschouwde het als een feit. Ik wilde elk mogelijk detail weten over de fouten in het evolutionair denken.”
Geen empirische wetenschap
In dit verband herinnerde Peter zich zijn onderzoekswerk voor zijn masterexamen in Bratislava. Hij studeerde paleomagnetisme, het historische magnetisme van de aarde, naar men veronderstelt tot miljoenen jaren terug. Hij herinnerde zich hoe hij, zelfs als atheïst, behoorlijk sceptisch was over alle onbekende factoren bij het vinden van informatie over het verre verleden. Hij wantrouwde de manier waarop onderzoekers allerlei dingen met grote stelligheid beweerden, over hoe de aarde er ‘miljoenen jaren geleden’ uitzag. Hij herinnerde zich dat hij dacht: ‘Hoe kunnen we dat weten? Hoe kunnen we daar zo zeker van zijn?’ Peter: “Ik ben uiteindelijk ontkomen aan het paleomagnetisme en vervolgde mijn werkzaamheden in de fysische geodesie en geofysica, met name gravimetrie. Ik was daar erg blij mee. Nu kon ik dingen onderzoeken die door empirische wetenschap te verifiëren waren, gebaseerd op feiten – met feitelijke waarnemingen.”

Gravimetrische metingen in Tenerife door Vajda.
Het betekende een bevestiging voor Peter dat we de oorsprong en de geschiedenis van de aarde niet kunnen ontdekken met behulp van ‘wetenschap’. “Het verleden is ontoegankelijk voor de empirische wetenschap. Observaties kunnen alleen in het heden worden gedaan. De rest is reconstructie, waarbij aannames een cruciale rol spelen.” “God heeft al in Job 38: 4 uitgelegd, dat de enige echte kennis over oorsprong Zijn Woord is. Hij was daar, en Hij heeft deze kennis aan ons geopenbaard. Hij kent niet alleen de geschiedenis van de aarde omdat Hij ooggetuige was; Hij heeft het zelf tot stand gebracht.” Een onderwerp dat Peter aanvankelijk lastig vond op te lossen, was radioactieve datering en de ouderdom van de aarde. Maar ook dit werd duidelijk toen hij het verschil ging zien tussen empirische kennis en speculatie. “De empirische kennis, dat wat eigenlijk wordt gemeten, is de verhouding van isotopen. De ouderdom is een aanvechtbare interpretatie op basis van niet controleerbare aannames. Verder wordt de uitkomst zo geselecteerd dat het overeenkomt met de naturalistische filosofie. Ook al wil men dat niet toegeven, de leeftijden die men noemt, worden aangenomen op basis van geloof.” Bij het onderzoeken van evolutie werd hij enorm geholpen door de overvloedige hoeveelheid creationistische literatuur die dergelijke ‘wetenschappelijke’ problemen ontzenuwt. “Ik was enthousiast toen ik ontdekte dat wanneer we beginnen met Bijbelse veronderstellingen, de resultaten perfect harmoniseren met de ware geschiedenis van de wereld.”

Aan het werk in de Alpen.
Peter denkt dat leken er baat bij zouden kunnen hebben als ze het probleem zouden begrijpen van de reconstructie van de driedimensionale (3D) structuur en eigenschappen van het inwendige van de aarde door gebruik te maken van slechts tweedimensionale (2D) waarnemingen aan het aardoppervlak. Peter legt uit dat het niet mogelijk is om daarbij eenduidig antwoorden te vinden, omdat verschillende 3D-modellen even goed passen bij de 2D-oppervlakgegevens. “Bedenk hoeveel meer onzekerheid we hebben als we ook nog de tijdsdimensie toevoegen en het verre verleden van de aardgeschiedenis trachten te reconstrueren – in wezen een 4D-probleem. De onzekerheid neemt dan enorm toe. Deze intrinsieke onzekerheid betekent dat de materialistische, atheïstische evolutionaire aanspraken op oorsprong en geschiedenis eigenlijk religieus van aard zijn, en de acceptatie ervan een kwestie van geloof.
De meest interessante ultieme vraag
Aan de andere kant verwijst Peter naar allerlei wetenschappelijke aanwijzingen die inzicht en vertrouwen in de Bijbel opleveren. In de geologie zijn dat onder andere de overvloed van goed bewaarde fossielen, horizontale en verticale afzetting van sedimentaire lagen, hun vervorming en scheidingsvlakken. Nog overtuigender zijn de aanwijzingen uit de biologie: de onmogelijkheid van chemische evolutie, de onoverkomelijke problemen met de biologische evolutie en de overweldigende gegevens doe op ontwerp wijzen. Peter: “Ik vind dat de oorsprong en de geschiedenis van de kosmos en het leven de meest interessante en ultieme vraagstukken opleveren in de menselijke zoektocht naar kennis. En ik ben ervan overtuigd dat de Bijbel de ware geschiedenis van het universum onthult, waar we volledig op kunnen vertrouwen”.
Dit artikel is met toestemming overgenomen uit Creation Magazine. De volledige bronvermelding luidt: Walker, T., 2017, Powerfully attracted to the truth of creation. Tas Walker talks to geophysicist Dr Peter Vajda about Earth science and Earth history, Creation 39 (4): 24-26 (Artikel).