Tyrannosaurus ‘wandelend met haaien’?

by | jun 19, 2020 | Dinosaurussen, Evolutie, Paleontologie

Hoe Hell Creek van de Bijbelse zondvloed getuigt

Tyrannosaurus rex

In de Hell Creek-rotsformatie (Montana, VS), zijn naast tyrannosaurus rex-fossielen ook haaientanden gevonden. Deze vondsten zijn moeilijk te verklaren in het evolutionaire model. Ze getuigen van de recente zondvloed uit de tijd van Noach (4500 jaar geleden), waarbij veel land- en zeedieren samen zijn begraven.

Fossielen uit de Hell Creek-rotsformatie hebben al eerder moeilijkheden bezorgd voor het evolutionaire model. In deze rotsformatie is bij een T. rex-fossiel zacht weefsel en intact eiwit werden gevonden. Deze vondst gooit roet in het eten van evolutionisten, aangezien zacht weefsel onmogelijk miljoenen jaren intact kan blijven.1

Een artikel gepubliceerd in het Journal of Palaeontology2 beschrijft de ontdekking van tanden van verschillende kleine zeehaaien in nauwe samenhang met het meest complete en waarschijnlijk het grootste Tyrannosaurus rex-exemplaar dat tot nu toe is opgegraven. Dit is de beroemde “Sue”, ook bekend als skelet FMNH PF 2081, genoemd naar ontdekker Sue Hendrickson.

Hell Creek Formation - Wikipedia
Hell Creek formatie

Ongemakkelijke waarheid

Deze nieuwe vondst benadrukt de toenemende tijdperiodes die evolutionisten gebruiken om hun gegevens te verklaren. In dit geval is het probleem dat mariene haaientanden vermengd zijn met een landdier  T. rex-skelet. Er zijn onder andere tanden gevonden van een ‘nieuwe’ kleine haaiensoort, Galagadon nordquistae3.

De haaientanden werden ontdekt in nauwe samenhang met het T. rex-skelet – namelijk in de omliggende bodemmatrix die de botten omhult. Bovendien lijken deze tanden op die van moderne zoutwaterhaaien. Dit vormt een probleem, aangezien Sue werd verondersteld te leven in zoetwateromgeving met krokodillen, schildpadden, amfibieën, vissen en planten.4 Daar past een zoutwaterhaai niet tussen.

De auteurs van de wetenschappelijke publicatie geven toe dat ontdekking van requiemhaaitanden (Carcharhinidae) op de Sue-locatie “verrassend is gezien de (vermeende) zoetwateromgeving waaruit de fossielen afkomstig zijn.”5

Galagadon haai
Een illustratie van hoe Galagadon eruit kan hebben gezien. Credit: (C) Velizar Simeonovski, Field Museum

Het artikel bespreekt niet hoe Sue zo goed bewaard zou kunnen zijn (90% compleet). Zeker voor een omgeving waarvan ze aannemen dat het krioelde van krokodillen en vissen (aangezien ook zulke fossielen daar begraven zijn). Het komt de evolutionisten slecht uit dat een T. rex tussen de waterdieren begraven is. Nu is de extra complicatie hoe ze mariene fossielen kunnen verklaren naast die van zoetwater- en landdieren – allemaal door elkaar gegooid.

Een matige verklaring

Het voor de hand liggende antwoord is natuurlijk een overstroming! De auteurs hebben de volgende theorie: “In de tweede helft van het Krijt6 stroomde een intercontinentale zeestroming over een deel van het Noord-Amerikaanse continent. Dit biedt ideale omstandigheden voor de invasie van haaien en roggen in zoetwaterecosystemen, en vervolgens het behoud van die ecosystemen in het fossielenbestand.”7

Probleem opgelost? Zeker niet! Het voorgestelde overstromingsscenario zou ongeveer 40 miljoen jaar hebben geduurd, als een onmerkbaar geleidelijke eenmalige gebeurtenis. De auteurs geloven dat sedimenten met haaientanden zijn afgezet toen de veronderstelde ‘intercontinentale zeestroming’ zich uit Noord-Amerika terugtrok als gevolg van een periode van bergopbouw 8.

Een bijbelse verklaring

De wereldwijde zondvloed (Genesis 6-8) biedt een veel betere verklaring voor het naast elkaar bestaan van fossielen van zeedieren, zoetwaterdieren en landdieren.

De hele aardbol was bedekt door water, met krachtige stromingen die sediment erodeerden en afzetten en talloze wezens begraven – zowel van land als zee.

Dit verklaart ook hoe het Sue-skelet uitstekend bewaard is en weinig beschadigd. Het werd begraven onder tonnen sediment voordat het de kans kreeg om te ontbinden of opgegeten te worden.

Het feit dat al deze fossielen uit verschillende leefomgevingen bij elkaar zijn gevonden, betekent niet direct dat ze ook bij elkaar hebben geleefd. (Dat is wel de veronderstelling van evolutionisten.) Deze fossielen werden alleen samen begraven. Omdat de tanden van haaien voortdurend uitvallen en vervangen worden, bevonden deze zich waarschijnlijk in het sediment van de zeebodem vóór de zondvloed. De woeste stromingen van de zondvloed pikte de sedimenten mét haaientanden op en zette ze weer op het land af.

Zacht weefsel

Het feit dat zacht weefsel van T. rex in dezelfde formatie is ontdekt, is een bewijs van de recente afzetting van de sedimenten. De Hell Creek-formatie wordt gedateerd op 67,5 miljoen jaar oud.

Het wetenschappelijke artikel roept meer vragen op door het geloof van de auteurs dat de Sue-plaats ‘waarschijnlijk’ een ‘meanderend rivierkanaal’ was. Ze geven echter toe dat ‘er geen geologisch bewijs is van een kanaal’, maar dat de lokale geologie bestaat uit ‘afwisselende lagen van modderrijk sediment met bladfossielen en zanderige siltsteen’.9

De chaotische aard van het fossiele bestand in Hell Creek (inclusief Sue) is geen bewijs van een ‘overvloedige aquatische gemeenschap’, zoals de theorie van de auteurs is. De vondsten zijn eerder consistent met het feit dat dit fossiele kerkhof naar alle waarschijnlijkheid is gevormd tijdens de wereldwijde zondvloed.

De feiten op een rijtje

  1. Terwijl de onderzoekers proberen om aan de hand van deze tanden evolutie te bewijzen, komen hun bevindingen volledig overeen met de Bijbelse schepping – haaien die haaien reproduceren (zie kader hieronder).
  2. De associatie van zeehaaien, zoetwaterdieren en -planten en T. rex, allemaal samengevoegd op één locatie, is sterk bewijs in overeenstemming met de zondvloed.
  3. Het goed bewaarde skelet van de T. rex is consistent met een snelle bedekking van sediment voordat het kon worden opgegeten door aaseters. Gezien de omvang van de T. rex is er daar een catastrofale overstroming voor nodig.
  4. Het feit dat een andere T. rex uit dezelfde Hell Creek-formatie zacht weefsel en intacte biomoleculen bevat, is sterk bewijs dat de hele formatie jong is.

De beste verklaring voor de gevonden fossielen is dat deze resultaat zijn van de zondvloed van Noach, ongeveer 4.500 jaar geleden volgens de werkelijke geschiedenis van de Bijbel.

shark

Haaien en evolutionaire aannames

Het grootste deel van het wetenschappelijke artikel dat hierboven wordt besproken10, probeert veronderstelde evolutionaire relaties tussen de uitgestorven haaiensoorten op de Sue-site aan te tonen. Dit werd gedaan door meerdere kleine variaties in tandvorm te analyseren en ze te vergelijken met overeenkomstige levende soorten om zo fylogenetische (evolutionaire) boomdiagrammen te construeren (‘geneste cladogrammen’).

De discussie van de auteurs over hun computeranalyse is vrijwel ondoordringbaar voor iedereen behalve specialisten, maar het is duidelijk dat ‘miljoenen jaren’ zijn ingebouwd in de uitgangspunten van hun computersimulatie. Bijvoorbeeld deze zinsneden in het gedeelte Materiaal en Methoden van hun artikel (nadruk toegevoegd): “Levende taxa werden leeftijden gegeven ofwel volgens moleculaire schattingen …, ofwel de standaardwaarde van twee miljoen jaar oud, terwijl fossielen werden gekalibreerd op basis van hun gegevens in Fossilworks.org.”

Er werden twee verschillende methoden gebruikt om evolutionaire bomen te produceren, van één gaven de auteurs toe dat ze “vele orectolobide (wobbegongs) varianten propten tussen bestaande soorten in het Paleogeen11 of zelfs het Krijt12.” Met andere woorden, afhankelijk van welke parameters de auteurs aannamen, veranderde hun simulatie met wel 122 miljoen jaar! Creation Ministries International heeft erop gewezen dat dergelijke methoden alleen maar de vraag oproepen en op geen enkele manier onafhankelijke ondersteuning voor evolutie is.13

Samenvattend, het artikel faalt een bijdrage te leveren aan bewijs voor de evolutie van haaien van een niet-haaienvoorouder. Op zijn best tonen de auteurs slechts een kleine variatie binnen de haaiensoort (van de vorm van de tanden).

Dit artikel is met toestemming overgenomen en vertaald van creation.com/hell-creek-formation. Het oorspronkelijke artikel is in juli 2019 gepubliceerd, en geschreven door Gavin Cox.

Voetnoten

  1. Catchpoole, D., Double-decade dinosaur disquiet, Creation 36(1):12–14, creation.com/dino-disquiet.
  2. Gates, T.A., Gorscak, E., and Makovicky, P.J., New sharks and other chondrichthyans from the latest Maastrichtian (Late Cretaceous) of North America, J. Paleontology, pp. 1–19, 21 Jan 2019.
  3. Genoemd naar een ruimteschip uit het computerspel Galaga, dat zou lijken op de haaientanden
  4. Gates, T.A., Gorscak, E., and Makovicky, P.J., New sharks and other chondrichthyans from the latest Maastrichtian (Late Cretaceous) of North America, J. Paleontology, pp. 1–19, 21 Jan 2019.
  5. Gates, T.A., Gorscak, E., and Makovicky, P.J., New sharks and other chondrichthyans from the latest Maastrichtian (Late Cretaceous) of North America, J. Paleontology, pp. 1–19, 21 Jan 2019.
  6. Tussen de 105 miljoen jaar geleden en 66 miljoen jaar geleden, volgens de evolutionaire tijdschaal
  7. Gates, T.A., Gorscak, E., and Makovicky, P.J., New sharks and other chondrichthyans from the latest Maastrichtian (Late Cretaceous) of North America, J. Paleontology, pp. 1–19, 21 Jan 2019.
  8. ‘Laramide orogeny’
  9. Gates, T.A., Gorscak, E., and Makovicky, P.J., New sharks and other chondrichthyans from the latest Maastrichtian (Late Cretaceous) of North America, J. Paleontology, pp. 1–19, 21 Jan 2019.
  10. Gates, T.A., Gorscak, E., and Makovicky, P.J., New sharks and other chondrichthyans from the latest Maastrichtian (Late Cretaceous) of North America, J. Paleontology, pp. 1–19, 21 Jan 2019.
  11. Volgens evolutionaire tijdschaal 66 miljoen jaar geleden tot 23,03 miljoen jaar geleden
  12. Volgens evolutionaire tijdschaal 145 miljoen jaar geleden tot 66 miljoen jaar geleden
  13. Doyle, S., Cladistics, evolution and the fossils, J. Creation 25(2):32-39, 2011; creation.com/cladistics.