Waarom kan macro-evolutie niet een optelsom zijn van veel micro-evolutie over lange tijd?

by | jan 28, 2021 | Antwoorden voor sceptici, Onderwijs

In de rubriek Antwoorden voor sceptici, critici en waarheidszoekers1 op de website van Logos Instituut is in een eerder artikel2 aangekondigd dat er een aanvang wordt gemaakt met het beantwoorden van de vragen van Bart Klink en vier anderen in het artikel Vragen voor welwillende creationisten 3 op de website http://deatheist.nl/.

Hier volgt een antwoord op de vijfde vraag, uit de categorie ‘Algemeen’, die luidt:

Waarom kan macro-evolutie niet een optelsom zijn van veel micro-evolutie over lange tijd?

Zie ook het antwoord op de vraag “Als er (volgens creationisten) zo’n harde grens is tussen micro-evolutie (binnen de soort) en macro-evolutie (boven soortniveau), wat veroorzaakt die grens dan en hoe kunnen we die bepalen?”.4 Onder micro-evolutie wordt verstaan evolutie binnen de soort en onder macro-evolutie wordt verstaan evolutie van de belangrijke veranderingen die de hogere taxa (genera, families, ordes en klassen) van elkaar onderscheiden, vaak gedefinieerd als evolutie boven het soortniveau.5 Met andere woorden wordt hier gevraagd: waarom zouden veranderingen binnen de soort op lange termijn niet kunnen leiden tot veranderingen boven het soortniveau? Het antwoord daarop is niet zo zwart-wit als de vraag impliceert. Dat er sprake van soortvorming is, is iets dat ook door wel geïnformeerde ‘creationisten’ wordt onderkend6 en staat hier dan ook niet ter discussie. Het punt is de vermeende evolutie die de Bijbelse geschapen soort overstijgt, die niet per se samenvalt met de soortindeling volgens de huidige taxonomie. Soms valt de Bijbelse ‘soort’ samen met de gangbare classificatie van soorten, soms met die van genera en soms met die van families.7 Volgens Genesis 1 zijn alle planten en dieren geschapen naar hun ‘soort’ (HSV) of ‘aard’ (NBG) en vanuit dit oogpunt bezien vervalt de optie van gemeenschappelijke afstamming, en daarmee het ontstaan van deze Bijbelse soorten vanuit andere soorten door een optelsom van ‘micro-evolutie’.

Natuurlijke selectie werkt voornamelijk door genen te degraderen. Grotere overlevingskans op korte termijn door beschadigde genen zorgt voor minder beschikbare genetische diversiteit voor toekomstige aanpassing, waardoor soorten steeds kwetsbaarder worden. De kans dat een willekeurige mutatie iets kapotmaakt is vele malen groter dan dat deze iets aan een gen zou toevoegen. Wanneer zo’n beschadiging in bepaalde omstandigheden een voordeel biedt, zorgt natuurlijke selectie ervoor dat deze beschadiging blijvend is. Er zijn weliswaar onderzoeken zijn die erop wijzen dat er sprake is van fluctuerende genetische diversiteit,8 maar in die gevallen betreft het genetische variatie binnen het soortniveau (‘soortniveau’ volgens de huidige taxanomie dan wel betreffende de Bijbelse ‘geschapen soorten’). Er is in deze voorbeelden sprake van reconstructies die wijzen op de gevolgen van veranderende geologische en klimaatomstandigheden, en gene flow,9 een mechanisme – over het algemeen het gevolg van migratie – dat kan zorgen voor genetische diversiteit (maar die in andere gevallen juist teniet kan doen), als gevolg van hybridisatie.10 Zoals eerder betoogd,11 is er in gevallen van de mogelijkheid tot hybridisatie sprake van een ‘geschapen soort’. Junker en Scherer geven aan dat het bij macro-evolutie uiteindelijk gaat om het “ontstaan van nieuwe genen, nieuw niet eerder aanwezige organen, structuren en bouwplan-typen; daaraan gerelateerd ook het ontstaan van kwalitatief nieuw genetisch materiaal.12 Hiervan is in bovengenoemde voorbeelden geen sprake; het betreft slechts het ‘heen en weer schuiven’ van bestaande genetische informatie tussen populaties door migrerende individuen (allelfrequenties van populaties worden gewijzigd).

Over het algemeen worden genenpoelen kleiner en raken organismen meer aangepast aan hun omgeving, waarbij sprake is van afname van genetische diversiteit (het verloren gaan van genetische informatie), wat niet samengaat met het idee dat al het leven zich vanuit een of enkele eerste eencellige levensvormen ontwikkeld heeft.13 Wanneer er sprake is van afsplitsing van soorten, vermindert de variatie binnen de genenpoel, raakt het organisme minder flexibel bij veranderingen in de omgeving en verhoogt dit eerder de kans op uitsterving.14 Mechanismen als genetische drift, ‘founder effect’ en ‘bottleneck’ leiden eveneens tot verarming van de genenpoel.15 Wat nodig is voor macro-evolutie zoals door bijvoorbeeld Douglas Futyuma beschreven,16evolutie van de belangrijke veranderingen die de hogere taxa (genera, families, orders en klassen) van elkaar onderscheiden”, is nieuwe genetische informatie,17 die zal moeten worden verkregen door mutaties; geen geschikt mechanisme om de juiste soort biologische informatie mee te verkrijgen.18 Evolutie moet het bovendien doen met wat er al is; een varken zal geen vleugels krijgen en de ‘Crocoduck’19 hoeven we ook niet te verwachten.

In zijn boek Darwin Devolves geeft biochemicus Michael Behe aan de hand van enkele praktijkvoorbeelden aan dat mutaties in verreweg de meeste gevallen een beschadiging van de genetische informatie van het organisme betreffen en dat ‘micro-evolutie’ niet verder komt dan het niveau van ‘familie’. In het geval van de ijsbeer (Ursus maritimus) lijkt er sprake van beschadigingen van het genoom die hebben geleid tot veranderingen in stofwisseling en vachtkleur.20 De Galapagosvinken zijn een ander voorbeeld dat Behe aanhaalt. Volgens de theorie zijn deze ontstaan uit een groep van zo’n dertig vogels die zo’n twee miljoen jaar geleden op de Galapagoseilanden zouden zijn aangeland. Behe constateert dat er na ‘evolutie’ van pakweg een miljoen generaties slechts sprake is van wat variatie in lichaamsgrootte en de lengte van de snavel.21 Ook gaat Behe uitgebreid in op de bacteriën van Lenski.22 Toen het eenmaal mogelijk was om veranderingen op DNA-niveau te onderzoeken, bleek dat alle twaalf afstammingslijnen hoogstwaarschijnlijk beschadigende mutaties hebben ondergaan. Na vijftigduizend generaties is het zeer waarschijnlijk dat alle waargenomen gunstige mutaties een beschadiging van bestaande genen betreffen, waarna natuurlijke selectie deze onomkeerbaar heeft gemaakt, aldus Behe.23

Vanuit paleontologisch oogpunt lijkt het er eveneens op dat ‘een optelsom van micro-evolutie’ niet leidt tot macro-evolutie, zo betoogt althans geoloog Douglas Erwin, bekend van het boek The Cambrian Explosion: The Construction of Animal Biodiversity’.24 Er is volgens hem sprake van “discontinuïteit die leidt tot hiërarchische structuren en die een soepele extrapolatie van verandering in allelen naar grootschalige ‘macro-evolutionaire’ patronen in de weg staat”.25 Ook in het licht van ‘sterke versus zwakke emergentie’26 bezien, is wel betoogd dat macro-evolutie meer is dan herhaalde micro-evolutie.27

Tenslotte staat het idee van irreducible complexity een overgang van micro-evolutie naar macro-evolutie in de weg.28 Organismen hebben functionerende systemen (en zíjn functionerende systemen) die slechts werken als alle onderdelen ineens, tegelijk op hun plaats zijn, hetgeen een stap-voor-stap-ontwikkeling uitsluit. Een bekend voorbeeld is het zweepstaartje (flagellum).29 Het idee is weliswaar vaak bekritiseerd,30 maar op dergelijke kritieken is door bijvoorbeeld Michael Behe adequaat gereageerd.31 Recentelijk heeft Behe bovendien het boek A Moustrap for Darwin32 uitgebracht, waarin hij op dergelijke kritieken ingaat.

Concluderend kunnen we stellen dat macro-evolutie geen optelsom is van micro-evolutie over lange tijd, omdat de mechanismen die ‘micro-evolutie’ veroorzaken bij lange na niet toereikend zijn voor het verkrijgen van nieuwe Bauplannen33 en dus niet voor macro-evolutie. Empirisch is iets dergelijks dan ook nooit aangetoond.34 Hoe dan ook, zoals al eerder aangegeven35 geven veel prominente creationisten er de voorkeur aan de termen ‘micro-evolutie’ en ‘macro-evolutie’ helemaal niet te gebruiken,36 al zijn er die dat wel doen.37

Voetnoten

  1. https://logos.nl/antwoorden-voor-welwillende-sceptici-2021/.
  2. https://logos.nl/een-hagelbui-aan-vragen-voor-de-welwillende-creationist/.
  3. http://deatheist.nl/index.php/artikelen/665-vragen-voor-welwillende-creationisten/.
  4. https://logos.nl/als-er-volgens-creationisten-zon-harde-grens-is-tussen-micro-evolutie-binnen-de-soort-en-macro-evolutie-boven-soortniveau-wat-veroorzaakt-die-grens-dan-en-hoe-kunnen-we-die-bepalen/.
  5. Futuyma, D. en M. Kirkpatrick, Evolution (2018), vierde editie. New York: Oxford University Press, p. 16, 516
  6. https://creation.com/arguments-we-think-creationists-should-not-use.
  7. https://www.youtube.com/watch?v=7LeMwM8RasE.
  8. https://bmcecolevol.biomedcentral.com/articles/10.1186/s12862-017-1048-2 en https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/25891404/.
  9. https://nl.wikipedia.org/wiki/Gene_flow.
  10. https://nl.wikipedia.org/wiki/Hybride_(biologie).
  11. https://logos.nl/hoe-kunnen-we-de-grenzen-tussen-verschillende-basistypen-baramins-creationistische-soorten-weten-en-wetenschappelijk-bepalen-ook-bij-fossielen/.
  12. Junker, R. en Scherer, S. Evolutie – Het nieuwe studieboek. De Oude Wereld, 2010, p.53. Dit boek is ook te koop in onze webshop: https://webshop.logos.nl/winkel/producttype/boeken/evolutie-het-nieuwe-studieboek/.
  13. https://creation.com/the-evolution-trains-a-comin.
  14. Junker, R. en Scherer, S. Evolutie – Het nieuwe studieboek. De Oude Wereld, 2010, p.61. Dit boek is ook te koop in onze webshop: https://webshop.logos.nl/winkel/producttype/boeken/evolutie-het-nieuwe-studieboek/.
  15. https://www.evolutietheorie.ugent.be/over-evolutietheorie/woordenboek/genetische-drift.
  16. Futuyma, D. en M. Kirkpatrick, Evolution (2018), vierde editie. New York: Oxford University Press, p. 16.
  17. https://plato.stanford.edu/entries/information-biological/ en https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC4760125/.
  18. https://creation.com/mutations-new-information, https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC2644969/ en https://tbiomed.biomedcentral.com/articles/10.1186/s12976-015-0016-z.
  19. Zie hier: https://en.wikipedia.org/wiki/Crocoduck. Zie ook meteen het anticreationistische karakter van Wikipedia. Kirk Cameron is, bij mijn weten, de enige die hier ooit mee op de proppen gekomen is, maar nog steeds wordt deze miskleun aangegrepen om ‘creationisten’ te framen, zelfs op zogenaamd ‘neutrale’ wetenschappelijk-informatieve websites, zoals hier: https://www.scientias.nl/creationistische-komedie-wat-creationisten-doen-om-de-evolutietheorie-te-ontkrachten/.
  20. Behe, M. Darwin Devolves. Harper One, 2019, p. 15-17
  21. Behe, M. Darwin Devolves. Harper One, 2019, p. 143-149
  22. https://www.journals.uchicago.edu/doi/abs/10.1086/285289?journalCode=an.
  23. Behe, M. Darwin Devolves. Harper One, 2019, p. 172-190
  24. The Cambrian Explosion : Douglas H. Erwin.
  25. https://onlinelibrary.wiley.com/doi/full/10.1046/j.1525-142x.2000.00045.x en https://onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1002/9781444314922.ch10.
  26. https://nl.wikipedia.org/wiki/Emergentie.
  27. https://onlinelibrary.wiley.com/doi/full/10.1111/j.1475-4983.2006.00603.x.
  28. https://www.discovery.org/t/irreducible-complexity/.
  29. https://nl.wikipedia.org/wiki/Zweepstaartje.
  30. https://en.wikipedia.org/wiki/Irreducible_complexity en https://rationalwiki.org/wiki/Irreducible_complexity.
  31. https://www.discovery.org/a/3408/, https://idthefuture.com/1391/ en https://evolutionnews.org/2020/12/excerpt-an-obstacle-to-darwinian-evolution/.
  32. A Mousetrap for Darwin: Michael J. Behe Answers His Critics: Behe, Michael J.
  33. https://www.merriam-webster.com/dictionary/Bauplan.
  34. Zie bijvoorbeeld een alinea hierover op deze website, waar wordt gepoogd hier nog een draai aan te geven, maar waarbij de gegeven voorbeelden alle micro-evolutie betreffen: https://evolution.berkeley.edu/evolibrary/article/misconcep_01.
  35. https://logos.nl/als-er-volgens-creationisten-zon-harde-grens-is-tussen-micro-evolutie-binnen-de-soort-en-macro-evolutie-boven-soortniveau-wat-veroorzaakt-die-grens-dan-en-hoe-kunnen-we-die-bepalen/.
  36. https://creation.com/arguments-we-think-creationists-should-not-use.
  37. Junker, R. en Scherer, S. Evolutie – Het nieuwe studieboek. De Oude Wereld, 2010. Dit boek is ook te koop in onze webshop: https://webshop.logos.nl/winkel/producttype/boeken/evolutie-het-nieuwe-studieboek/.