Was de Behemoth een nijlpaard?

by | mei 9, 2017 | Biologie, Onderwijs, Theologie

In het schepping/evolutiedebat is het van belang om te onderzoeken welk dier de behemoth is, zoals beschreven in Job 40:10-19. Jongeaardecreationisten geloven namelijk dat met dit dier een sauropode dinosauriër bedoeld wordt. Tegenvoorstellen zijn onder andere: een mythisch dier, de olifant of de nijlpaard. In de discussie wordt weinig aandacht besteed aan wat de Septuagint over de behemoth zegt. Dit is namelijk van significant belang. Ik zal in dit artikel de verschillen tussen de Septuagint en de Masoretische Tekst belichten. Het zal blijken dat de voorstellen om in de behemoth een zoogdier als de nijlpaard te zien, in het licht van de Septuagint nog onwaarschijnlijker worden.

jong_nijlpaard.pixabay

De betrouwbaarheid van de Septuagint

De meeste Nederlandse en ook Engelse Bijbelvertalingen gebruiken vooral de Masoretische Tekst als bron voor hun vertaling. De Septuagint wordt alleen in twijfelgevallen gebruikt. Toch zijn er enkele redenen waarom de Septuagint een betrouwbare tekstbron is:
1. De receptie van de Septuagint. De Septuagint werd door zowel joden als christenen beschouwd als gezaghebbend. Het grootste deel van de citaten uit het Oude Testament in het Nieuwe Testament komen dan ook uit de Septuagint. Ook Philo van Alexandrië en Flavius Josephus gebruikten de Septuagint.
2. De oorsprong van de Septuagint. De Septuagint wordt door tekstcritici gezien als een tekst die onafhankelijk is ontstaan van de Masoretische Tekst. Tussen de Dode Zeerollen bevinden zich verschillende handschriften die overeenkomen met de tekst van de Septuagint.
3. Op verschillende punten, bijv. de chronologie, blijkt dat de Septuagint een betere versie heeft dan de Masoretische Tekst. Dit geldt bijv. voor de tijd tussen de uittocht en de tempelbouw of tussen Abraham en de uittocht. Een ander voorbeeld is Jesaja 53:11, waar in de Septuagint het woord ‘licht’ is toegevoegd. Dit maakt de tekst logischer.
Over de betrouwbaarheid van de Septuaginta is veel verschil van mening, zowel binnen wetenschappelijke als binnen christelijke kring. Het maakt voor deze studie niet uit of de Septuaginta de beste tekstversie of een van de tekstversies is.

Job in de Septuagint

Het boek Job is een van de boeken waar de Septuagint het meest verschilt van de Masoretische Tekst. Het boek is in de Septuagint namelijk veel korter, ongeveer vijf-zesde van de Masoretische versie.1 Ik zal niet ingaan op de vraag welke van de beide teksten het beste is, dat ligt buiten mijn bereik.

De vertaling van ‘behemoth’

Het woord ‘behemoth’ is in de Septuagint vertaald met θηρια, ofwel dieren. Dit is van belang omdat sommigen in het woord ‘behemoth’ het Egyptische woord ‘p-ehemou’ hebben gezien, wat wateros of nijlpaard betekent.2 Dit wordt dus weersproken door de Septuagint. Overigens is het vanuit het Hebreeuws ook lastig te beargumenteren, aangezien ‘behemoth’ gewoon een Hebreeuws woord is.

bloeiende_wilg.pixabay

‘Die Ik gemaakt heb’

In de Masoretische tekst begint het gedeelte over de behemoth als volgt:

Zie toch, de Behemoth, die Ik gemaakt heb, evenals u[.]

In de Septuagint is ‘die Ik gemaakt heb’ weggelaten. Er staat eenvoudig ‘παρα σοι’, ofwel ‘naast jou’ of ‘vlakbij jou’. Dat werpt een interessant licht op de zaak. Dat betekent dat er, toen God tegen Job sprak, in de buurt van Job een behemoth was. Over de leviathan staat dat er niet. Dat is ook logisch, aangezien de behemoth en leviathan in verschillende gebieden leefden. Deze zin is lastig te verklaren binnen de hypothese dat de behemoth een mythisch dier is. De tekst maakt duidelijk dat het om een echt dier gaat.

‘Zijn pezen zijn samengevlochten’

Volgens Bart Klink3 heeft ‘de pezen van zijn dijen zijn samengevlochten’, zoals het in de HSV staat, geen duidelijke betekenis. ‘Dijen’ is in de Septuagint weggelaten. Bovendien betekent ‘νευρα’ geen ‘bloedvaten’.

‘Gemaakt om bespot te worden door de engelen’

In vers 14, het tweede gedeelte, staat in de Septuagint iets heel anders, namelijk:

πεποιημενον εγκαταπαιζεσθαι υπο των αγγελων αυτου.

Ofwel: Hij is gemaakt om bespot te worden door de engelen.

Dit is een zeer interessant vers. Het duidt erop dat de behemoth (samen met de leviathan overigens) het waard is om door de engelen bespot te worden. Het is dus niet zomaar een dier. Van een nijlpaard zou ik zoiets bijvoorbeeld niet zeggen. Toch weet ik nog niet precies hoe ik dit vers moet interpreteren. Wellicht is het een contrast met het eerste deel van het vers (‘Dit is het begin van de werken van de Heere’), om te laten zien dat zelfs al is de behemoth zo machtig, het blijft een nietig en aards schepsel.

Schotse_hooglanden.pixabay

‘Gaand op de bergen’

Vers 15 is in de Septuagint zodanig anders, dat de betekenis tegenovergesteld wordt. De tekst luidt in de Septuagint: Gaand op de hoge bergen zorgt hij voor vreugde bij de viervoeters in de afgrond. Het woord ‘viervoeters’ (τετραποσιν) wordt in de Statenvertaling vertaald met ‘vee’ en ‘beesten’. Het gaat dus om grote dieren, waarschijnlijk gedomesticeerde dieren. Als de behemoth vertrekt, is het vee dus blij. Aangezien de behemoth gras eet en dus geen roofdier kan zijn, is de enige mogelijke optie dat de behemoth een concurrent is voor het vee. In zijn eentje, welteverstaan. Van de nijlpaard of de olifant is mij niet bekend dat deze ooit een concurrent heeft gevormd voor grazend vee. Van sauropode dinosauriërs is echter bekend dat deze enorme hoeveelheden vegetatie aten. Dit vers wordt dus heel duidelijk vanuit de hypothese dat de behemoth een dinosauriër is.

Grote bomen

Ook vers 17 is in de Septuagint aanzienlijk anders en werpt een nieuw licht op de zaak: De grote bomen werpen schaduw op hem met twijgen en de takken van de wilg. Interessant is hier de toevoeging van het bijvoeglijk naamwoord ‘grote’. Dat is voor de nijlpaardhypothese vreemd, want de nijlpaard heeft een schofthoogte 1,5 meter, dus bomen die een schaduw over het nijlpaard werpen, hoeven niet groot te zijn.

Conclusie

Uit het feit dat de vertalers van de Septuagint, die nota bene in Egypte woonden, bij het woord ‘behemoth’ dachten aan het Hebreeuwse woord voor ‘dieren’ en niet aan het Egyptische woord ‘p-ehemou’, kan dit voorstel voor de oorsprong van ‘behemoth’ verworpen worden. De behemoth stond naast Job, volgens de Septuagint, en is dus waarschijnlijk geen mythisch dier. De Griekse vertaling van het stuk over de staart en de pezen ondersteunen Bart Klinks nijlpaardhypothese ook niet. Een vreemde tekst is vers 14, maar een eerste analyse maakt de nijlpaardhypothese ook niet waarschijnlijk. Vers 15 en 17 duiden erop dat de behemoth een groot dier is. Hieruit blijkt dat de nijlpaardhypothese in het licht van de Septuagint op bepaalde punten nog onwaarschijnlijker is dan in de Masoretische Tekst. Het is interessant om hier verder onderzoek naar doen. Ook de Septuagintversie van de leviathan is aanzienlijk anders. Ook hier kunnen nieuwe inzichten verworven worden.

Dit artikel is met toestemming overgenomen van het weblog oorsprongsvraag. Het originele artikel is hier te vinden.

Voetnoten

  1. H.M. Orlinsky (1957), Studies in the Septuagint of the Book of Job, Hebrew Union College Annual.
  2. W. Gesenius (1921), Hebräisches und Aramäisches Handwörterbuch über das Alte Testament, Verlag von F.C.W. Vogel, Leipzig, 17e druk.
  3. https://logos.nl/dinos-nog-niet-zo-lang-geleden-uitgestorven-3/#comment-4078