Inhoudsopgave
Yellowstone National Park werd in 1872 het eerste nationale park van de wereld. Een jaar eerder leidde geoloog Ferdinand Hayden een expeditie door een groot deel van wat het bijna een miljoen hectare grote park zou worden, en zijn verslag hielp het congres van de V.S. te overtuigen het gebied voor dat doel apart te zetten te zetten. Het park beslaat het noordwesten van de staat Wyoming en loopt door in Idaho en Montana.
Het park is uniek vanwege zijn travertijnstromen, modderpoelen, warmwaterbronnen en canyons. Er zijn meer dan 10.000 thermische plaatsen en herbergt ruim de helft van alle geisers van de wereld.1 De buitenaardse landschappen en de onaangetaste fauna zijn voldoende redenen geweest om het gebied generatieslang te beschermen. In deze tweedelige serie zullen we kenmerken van het park onderzoeken die goed passen in de Bijbelse geschiedenis.
Vulkanisch begin
Yellowstone is één van de ongeveer 12 supervulkanen in de wereld. Dikke lagen vulkanisch materiaal afkomstig van enorme uitbarstingen bedekken het grootste deel van het gebied en daar buiten. Het midden van het park is een vulkanisch plateau dat ongeveer 2.400 meter boven zeeniveau ligt. Yellowstone Lake ligt op dat plateau en wordt omringd door bergtoppen hoger dan 3.700 meter.
Op het centrale plateau zijn drie elkaar overlappende caldera’s. Dat zijn ingestorte vulkanen. Elke instorting vond plaats na een grote uitbarsting. De grootste uitbarsting gebeurde als eerste en de kleinste was de laatste. Deze trend toont de afnemende kracht in de loop van de tijd, anders dan de geleidelijke processen die de aanhangers van uniformiteit voor zich zien. Dat scenario past bij wat we zouden verwachten als de aarde zich heeft hersteld van de tumultueuze vloed ongeveer 4.500 jaar geleden.2
Geologen ontdekten een lijn van oudere caldera’s die loopt van Yellowstone tot in de staat Oregon. Conventionele wetenschappers gaan ervan uit dat dit spoor is gevormd door een mantelhotspot waar de aardkorst langzaam overheen is bewogen gedurende miljoenen jaren.3
Leeftijdstoewijzingen van miljoenen jaren zijn echter gebaseerd op een aangenomen evolutionaire tijdlijn, niet direct op gegevens. Het Institute for Creation Research heeft een veel betere interpretatie. De waarnemingen wijzen er meer op dat de tektonische platen van de aarde veel sneller bewogen tijdens het vloedjaar.4 Snelle relatieve beweging van Noord-Amerika over een mantelhotspot heeft waarschijnlijk het vulkanische spoor gevormd, mogelijk binnen maanden. Catastrofale omstandigheden vertraagden drastisch na de vloed. Vandaag de dag zien we weinig plaatbeweging of vulkanisme bij Yellowstone.
Het magma onder Yellowstone heeft een hoog silicagehalte (is rijk aan kwarts). Dit resulteerde in vooral gewelddadige uitbarstingen. Daartegenover hebben basaltmagma’s een lager silicagehalte en stromen trager, zoals die uitbarsten in Hawaii. Silicarijke continentale korst veranderde waarschijnlijk de diepe mantelmagma’s die bij Yellowstone naar de oppervlakte kwamen. Deze unieke magmachemie helpen ook om de geisers en warme bronnen te verklaren.
Geisers en warmwaterbronnen
Geisers zijn warmwaterbronnen die stralen heet water en stoom uitstoten. Ze hebben een actieve, dicht bij het oppervlak liggende hittebron nodig om grondwater te oververhitten tot stoom. Yellowstone voorziet daarin met magma op slechts vijf kilometer diepte.5
Ook hebben ze een behoorlijk waterdicht afvoersysteem nodig. Het silicarijke magma voorziet ook daarin. Silica lost op in circulerend heet grondwater. Vervolgens slaat het neer op de breukoppervlakten en kanalen om een harde afzetting genaamd sinter te vormen. Deze afzetting sluit water in en maakt vernauwingen die ervoor zorgen dat geisers druk kunnen opbouwen.6
Bij opwarming zet ondergronds water uit totdat de ruimten in de kanalen onder druk komen te staan, zoals bij een snelkookpan. Stoom en vloeistoffen stijgen op, en bereiken op sommige plaatsen het aardoppervlak met een temperatuur van bijna 93 °C, soms opspuitend in de lucht.7 Creationistische wetenschappers denken dat geisers een illustratie zouden kunnen zijn van de uitbarstingen door grote breuken die overal op de planeet plaatsvonden toen de bronnen van de grote diepte openbarstten aan het begin van de zondvloed (Genesis 7:11).
Old Faithful
De populairste geiser van Yellowstone, Old Faithful, produceert dan wel niet de hoogste uitbarstingen – alhoewel zijn gemiddelde van meer dan 43 meter indrukwekkend is – maar, zoals zijn naam suggereert, is het één van de meest voorspelbare. Deze regelmatigheid komt voort uit zijn stabiele bron van ondergronds water.
Maar Old Faithful verandert wel. Enkele tientallen jaren geleden zat er minder tijd tussen de uitbarstingen. Lokale bevingen hebben die tijd sindsdien verlengd.8 Geisers zoals Old Faithful wijzen op de rol van water bij de vorming van de aarde en tijdens zijn hervorming ten tijde van de zondvloed (2 Petrus 3:5-6).
Regenboogpoelen
Regenboogkleurige warmwaterbronnen zoals Grand Prismatic Spring is één van de opvallendste natuurwonderen van Yellowstone. Verschillende microbiële matten vormen regenboogachtige ringen als je er van bovenaf op kijkt. Ferdinand Hayden stelde in 1871: “Niets wat ooit is afgebeeld door menselijke kunst kan zich meten met de ongewone levendigheid en fijnheid van kleur van deze opmerkelijke prismatische bronnen.”9
Heet water dat opstijgt uit de diepte koelt af wanneer het vanuit het midden van de poelen stroomt. Warmteminnende (thermofiele) microben genaamd Synechoccus hebben een unieke biochemie om te kunnen leven aan de randen van Grand Prismatic Spring met een diameter van 123 meter. Ze leven daar bij een temperatuur van ongeveer 65 °C.
Deze cyanobacteriën zetten zonlicht om in energie. In de zomer ontwikkelen ze gele pigmenten om hun vitale DNA te beschermen tegen de UV-stralen van de zon. Opmerkelijk is dat ze diezelfde pigmenten gebruiken om die anders zo schadelijke lichtenergie over te dragen op hun groene pigmenten (chlorofylen) voor fotosynthese.
Buiten de gele ring van de poel groeit een mengsel van microben die er samen oranje uitzien. Een nog wijdere rode ring ligt daar weer buiten. De grotere verscheidenheid van microben hier gebruiken ook hun pigmenten voor bescherming en het omzetten van licht, maar elke variatie gebruikt een ander deel van het lichtspectrum beschikbaar voor fotosynthese. Terwijl de microben het licht delen, wordt energie omgezet en opgeslagen in suikers.
Deze wonderlijke microben vormen rijen, draden en matten bij het uitwisselen van bouwstoffen. Oppervlaktebewoners geven hun suikers aan microben onder hen en ontvangen in ruil andere voedingsstoffen. Niets hiervan zou werken zonder nauwkeurige microengineering, waarvoor een daadwerkelijke ingenieur zoals de Heere Jezus alle eer verdient.
Mammoth Hot Springs
Warmwaterbronnen kunnen opgeloste kalk, zwavel en zelfs modder omhoog brengen. Ten noorden van Yellowstone’s grootste caldera gaat het bij Mammoth Hot Springs om twee ton opgeloste kalk per dag dat vanuit de diepte omhoog komt.10
Het water hier krijgt zijn warmte waarschijnlijk niet van magma zoals de geisers, maar van het thermale gradiënt (temperatuur neemt toe met diepte) ver onder de oppervlakte. Het complex bij Mammoth Hot Springs beslaat ongeveer 0,65 km2 en zet meer kalk af dan elke andere bron ter wereld.11
Wanneer het water afkoelt aan de oppervlakte, slaat kalk neer en vormt travertijn, een vorm van kalksteen, in een complex van terrassen. Travertijnafzettingen kunnen onder de juiste omstandigheden snel groeien. Door de tegenwoordige afzetsnelheid te extrapoleren in het verleden wordt duidelijk dat dit warmwaterbroncomplex slechts duizenden jaren actief is geweest.
Conclusie
Yellowstone National Park is een prachtige en ontzagwekkende herinnering aan de wereldwijde vloed. Caldera’s en duizenden meters aan vulkanisch gesteente zijn getuigen van grote catastrofes die hebben plaatsgevonden tijdens het vloedjaar. Het magma dat actieve geisers bekrachtigt is nog niet volledig afgekoeld, zoals we zouden verwachten bij de relatief korte tijd sinds de vloed.
De creatieve geest van Christus Jezus verklaart de microben die samenwerken om te gedijen in extreem hete wateren. De warmwaterbronnen tonen een deel van de voorzienigheid van de Heer voor de hydrologische cyclus die water over de hele planeet beweegt. Hoewel de vloed de toenmalige wereld vernietigde, liet het pracht en wonderen achter die ons wijzen op Hem.
Lees meer in deel 2 van dit tweeluik.
Bronvermelding
Dit artikel is met toestemming overgenomen van Institute for Creation Research.
Yellowstone National Park, Part 1: A Flood Supervolcano. Tim Clarey, Ph.D., and Brian Thomas, Ph.D. Vrijdag 29 april 2022. https://www.icr.org/article/yellowstone-national-park-part-1-supervolcano
Meer lezen over Yellowstone?
https://logos.nl/yellowstone-apocalypse-now-als-deze-vulkaan-klapt-is-half-amerika-weg/
Voetnoten
- Tweit, S. J. 1999. Yellowstone. In America’s Spectacular National Parks. L. B. O’Connor and D. Levy, eds. Los Angeles, CA: Perpetua Press, 76-79.
- Austin, S. A. 1998. The Declining Power of Post-Flood Volcanoes. Acts & Facts. 27 (8).
- Een hotspot wordt gezien als een vrijwel stationaire pluim met extreme hitte die door de bovenliggende laag heen dringt.
- Clarey, T. Plate Subduction Beneath China Verifies Rapid Subduction. Creation Science Update. Posted on ICR.org December 23, 2020, accessed February 12, 2022; Clarey, T. 2020. Carved in Stone: Geological Evidence of the Worldwide Flood. Dallas, TX: Institute for Creation Research.
- How big is the magma chamber under Yellowstone? U.S. Geological Survey FAQ. Posted on usgs.gov, accessed February 17, 2022.
- Hacker, D. and D. Foster. 2018. Yellowstone National Park: Northwest Wyoming, Eastern Idaho, Southern Montana. In The Geology of National Parks, 7th ed. D. Hacker, D. Foster, and A. G. Harris, eds. Dubuque, IA: Kendall-Hunt, 765-791.
- Hacker, D. and D. Foster. 2018. Yellowstone National Park: Northwest Wyoming, Eastern Idaho, Southern Montana. In The Geology of National Parks, 7th ed. D. Hacker, D. Foster, and A. G. Harris, eds. Dubuque, IA: Kendall-Hunt, 765-791.
- Milstein, M. Old Faithful slows, but grows. Billings Gazette. First captured online January 17, 2001. Retrieved from web.archive.org January 11, 2022.
- Theurer, J. Colors of Curiosity: Yellowstone’s Microbes. Yellowstone Quarterly. Posted on yellowstone.org April 16, 2019, accessed January 13, 2022.
- How big is the magma chamber under Yellowstone? U.S. Geological Survey FAQ. Posted on usgs.gov, accessed February 17, 2022.
- Hacker, D. and D. Foster. 2018. Yellowstone National Park: Northwest Wyoming, Eastern Idaho, Southern Montana. In The Geology of National Parks, 7th ed. D. Hacker, D. Foster, and A. G. Harris, eds. Dubuque, IA: Kendall-Hunt, 765-791